Familie Van Holtmeulen

Dit was de belangrijkste familie in Tegelen in de periode 1380-1627. Zij bezaten de heerlijkheid Tegelen en woonden op het plaatselijke kasteel de Holtmühle. De eerste vermelding betreft Otto van Holtmeulen in 1380. Zijn zonen Johan, Godart en Vulling vormden de basis voor drie takken.

De tak Johan

Johan stond aan de basis van de familietak die als hoofdbezit huis Holtmühle in Tegelen had. Deze familielijn werd voortgezet met zoon Otto, kleinzoon Johan en achterkleinzoon Frans. Laatstgenoemde was ambtman van Brüggen (1549-1579). Na hem vererfden de bezittingen op neef Engelbert van Holtmeulen. Aangezien deze ook zonder erfgenamen overleed, stierf de tak uit en kwamen de bezittingen in handen van Von Metternich en Von Hundt zum Busch.

De tak Godart

Godart had als hoofdbezit huis Putting te Kessel. Zoon Otto erfde dit goed. Aangezien hij slechts drie dochters had, stierf deze tak al snel uit. De Putting vererfde op de families Van Hertefeld en Spee.

De tak Vulling

Vulling werd eigenaar van huis de Munt in Tegelen. Via de zonen Johan en Sybert kwam dit goed in handen van kleinzoon Gerard en achterkleinzoon Willem. Aangezien laatstgenoemde zonder wettige erfgtenamen overleed, kwam het bezit van deze tak weer terug in handen van de tak Johan.

Verdere bezittingen

Leden van de familie Van Holtmeulen hadden onder andere ook nog volgende bezittingen:

·         hoeve de Bakenbosch te Tegelen

·         goed Tgen Broek/Tgen Rade te Beesel

·         goed Kesselt te Kesselt

·         goed Aldenhoven te Heythuisen

·         het Alde Huis te Swalmen

·         de Sondert te Sevenum

·         goed Morshoven te Vorst